Transparant advies en de ambities van de minister in 2019

Actieve provisietransparantie bij schadeverzekeringen

Sinds de invoering van het provisieverbod wordt er al over gesproken. En hoewel u zich kunt afvragen welk probleem daarmee wordt opgelost, gaat het er toch van komen. De minister gaat regelen dat bemiddelaars en adviseurs de klant straks moeten informeren over hoeveel provisie zij van de aanbieder (bank of verzekeraar) krijgen. Dus niet meer alleen de klant informeren over de wijze van beloning, maar ook over de precieze hoogte.
 

Onafhankelijk advies

Tegelijkertijd maakt de minister die bittere ‘provisietransparantie’-pil wat zoeter, in elk geval voor een behoorlijk deel van het intermediair. Omdat klanten ‘de kwaliteit van de financiële dienstverlening’ moeten kunnen inschatten, gaat de minister duidelijk maken wie zich ‘onafhankelijk adviseur’ mag noemen. Daarvoor gelden dan 2 eisen:
  1. advies op basis van een objectieve analyse (voldoende producten vergelijken); en
  2. geen nauwe banden met de aanbieder (bank, verzekeraar, volmacht, financieringsonderneming en dergelijke).
 
Adviseurs in dienst van een aanbieder zijn ‘verkoopadviseur’. En adviseurs die niet onafhankelijk zijn, maar ook niet in dienst van een aanbieder, zijn ‘zelfstandig adviseur’.
Merkwaardig genoeg lijkt deze duidelijke driedeling alleen te gaan gelden voor het adviseren in (in de zin van de Wft) ‘complexe producten’. Dus wel bij een uitgebreid hypotheekadvies of advies over een pensioenverzekering, maar niet bij advies over een losse AOV of overlijdensrisicoverzekering.
 

Geautomatiseerd advies

Een goed advies vereist vakbekwaamheid. Daarom verplicht de Wft dat adviseurs aan bepaalde vakbekwaamheidseisen voldoen. Maar bij een geheel geautomatiseerd advies, zonder menselijk contact, is dat lastig. Want wie moet dan aan die vakbekwaamheidseisen voldoen? De minister gaat daar samen met de AFM een regeling voor bedenken. Daarbij kan het – naar onze mening – helpen dat hiervoor een paar jaar geleden al een mooie regeling is bedacht. Die conceptregeling is misschien weer uit een ministeriële bureaula te halen en te reanimeren.
 

Eerbiedigende werking provisies van voor 2013

Het provisieverbod dateert van 2013. Verzekeringen die vóór die tijd zijn gesloten en die nu nog steeds doorlopen, vallen niet onder het provisieverbod. Voor bijvoorbeeld een AOV die vóór 2013 is gesloten, betaalt de verzekeraar dus nog steeds provisie aan de bemiddelaar. En er zijn meer verzekeringen (vooral bij Leven) waarvoor dat geldt. De minister laat nu weten dat hij hier niet onmiddellijk een einde aan maakt, maar wel met de branche hierover in gesprek gaat. Lees: hij wil die eerbiedigende werking op enig moment beëindigen. Want de situatie dat nog steeds provisie wordt betaald op verzekeringen waarbij dat nu niet meer mag, sterft weliswaar vanzelf uit, maar het duurt nog tientallen jaren voor de laatste verzekering echt is geëindigd.
 

Zorgplicht tijdens de looptijd

De Wft-zorgplicht concentreert zich rond het sluiten van nieuwe financiële producten. De (in het Burgerlijk Wetboek geregelde) civiele zorgplicht gaat veel verder en omvat ook de zorgplicht tijdens de looptijd van een financieel product. Als we de minister goed begrijpen (de door hem gebruikte term ‘postcontractuele zorgplicht’ is wat verwarrend) wil hij deze zorgplicht ook in de Wft verder gaan uitwerken.
 

Meer weten?

Lees de brief van de minister
 
Ook diverse NIBE-SVV-opleidingen gaan in op de zorgplicht en de wijze van adviseren:
Deel dit artikel
Wellicht ook interessant
Heb je vragen?
Onze opleidingsadviseurs zijn nu telefonisch bereikbaar. Op werkdagen van 08.30 tot 17.00 uur. WhatsApp van 10.00 tot 16.00 uur.
Schrijf je in voor de Nieuwsbreak
Ontvang maandelijks het laatste nieuws uit de financiële sector en van NIBE-SVV in je mailbox.
Incompany mogelijkheden

Wil je met je team, afdeling of organisatie je kennis en vaardigheden vergroten? Volg samen een training uit ons uitgebreide aanbod. Ook maatwerk mogelijk!